Daan Maljers over onderwijs dat bijdraagt aan vitale buurten

Daan Maljers ROC van Twente

Wie met Daan Maljers spreekt, merkt het meteen: deze man gelóóft in waar hij mee bezig is. Al vijf jaar leidt hij studenten op tot leefstijlcoach aan het ROC van Twente, binnen de opleiding Sport & Bewegen. Niet als traditionele trainer die zegt: “hier is je schema”, maar als specialist die mensen stimuleert om zelf verantwoordelijkheid te nemen. “Zelf regie pakken, dat is waar het om draait.”

Leefstijlcoach 2.0: van opdrachten naar eigen regie

“Een leefstijlcoach kan veel zijn,” vertelt Daan. “Iemand die in een sportschool werkt, personal trainer is of groepslessen geeft. Maar wij willen méér. Onze studenten leren niet alleen hoe ze oefeningen uitleggen, maar vooral hoe ze mensen begeleiden naar blijvende gedragsverandering. Zelf keuzes maken, zelf in beweging komen. Dat is de kern van positieve gezondheid.”

Die visie sluit naadloos aan bij wat ook Saxion Hogeschool doet binnen de minor Fit for Life. “Samen met Saxion werken we aan een breed gedragen aanpak. Niet alleen met kennis, maar ook met praktijkervaring in de wijk.”

Gezamenlijk onderwijs in de wijk

Drie jaar geleden begon de samenwerking tussen ROC van Twente en Saxion in één wijk. Inmiddels zijn er vier wijklokalen: Slangenbeek en Weidedorp (Hengelo) en Avanti en Rigtersbleek (Enschede). “Studenten van ROC van Twente en Saxion werken daar samen aan het bevorderen van gezondheid. Ze krijgen eigen opdrachten, maar die zijn op elkaar afgestemd. Dat werkt ontzettend goed.”

Elke groep werkt in blokken van twintig weken. “In die tijd kun je iets opbouwen, maar vooral een basis leggen voor de volgende groep. Zo ontstaat continuïteit. De ene groep gaat verder waar de vorige gebleven is. We willen niet telkens opnieuw beginnen, maar bouwen aan iets blijvends. Dat is ook wat de wijk verdient.”

Leren in de praktijk: coördineren en begeleiden

De ROC-studenten starten in hun vierde leerjaar met het wijkproject. “Ze hebben dan al twee jaar ervaring met begeleiden en lesgeven, hebben toernooien georganiseerd en examens afgelegd. Daarna kiezen ze hun specialisatierichting.” Naast het organiseren van activiteiten leren ze ook hoe ze een doelgroepanalyse uitvoeren en echt in gesprek gaan met wijkbewoners. “Ze moeten weten wat er speelt, behoeften uitvragen, een vernieuwend aanbod ontwikkelen. Die vaardigheden overlappen deels met die van de HBO-studenten. Daardoor kunnen ze goed samenwerken en van elkaar leren.”

De kracht van ontmoetingsparken

Toen Daan het visiedocument van Stichting Ontmoetingsparken Twente las, wist hij het meteen: hier wil ik aan bijdragen.

“Dit klopt gewoon. Het is een logisch en kansrijk concept. Veel verenigingen willen meer, maar alleen lukt dat vaak niet. In samenwerking lukt het wél.”

Volgens Daan zijn veel clubs al goed bezig, ieder op hun eigen manier. “Maar samen kun je zó veel meer bereiken.” Wel is er meer nodig dan alleen goede wil. “Een ROC is geen vrijwilligersorganisatie, maar we kunnen wél bijdragen aan een duurzaam netwerk. Dat lukt alleen als we het samen doen: onderwijs, ontmoetingsparken en bewoners.” Slim, vindt hij, dat het initiatief klein begint. “Dicht bij huis. En van daaruit langzaamaan uitbreiden naar de rest van Twente.”

“Samen lukt het wél”

Opschalen en volhouden is lastig. “Dat lukt niet alleen,” zegt Daan. “Dat lees je ook in het interview met Bart Monster van c.v.v. Oranje Nassau in Almelo. Maar met dit concept lukt het wél om structureel samen te werken. Dan krijg je ook partijen als Twente Board aan tafel – iets wat verenigingen alleen niet snel voor elkaar krijgen.”

De noodzaak wordt volgens hem breed gevoeld. “De tijd is rijp om dit met mensen als Maria Walters en Wouter du Gardijn breed uit te dragen. Alleen met enthousiaste studenten red je het niet meer. We moeten dit samen doen.”

Tijd voor een nieuwe generatie

Volgens Daan is het niet altijd makkelijk om zittende besturen mee te krijgen. “Maar die maken nu langzaam plaats voor een nieuwe generatie. Die zeggen: als we iets willen, moeten we er zélf werk van maken. En dat zie ik steeds vaker gebeuren.” “Deze generatie heeft het netwerk, de jongeren brengen de energie. Als zij die handen ineenslaan, dan kan er echt iets moois ontstaan.”

De initiatieven Avanti Actief en Rigtersbleek Actief zijn daar volgens hem mooie voorbeelden van. “Ze laten zien wat er mogelijk is als je intern én extern samenwerkt. Met elkaar, maar ook binnen de vereniging: jong en oud.”

Tot slot

Wat Daan drijft, is duidelijk: onderwijs inzetten als motor voor maatschappelijke verandering.

“Het is mooi om te zien hoe studenten groeien, zelfvertrouwen opbouwen en echt iets kunnen betekenen in de wijk. En dat het onderwijs daar een structurele rol in speelt – dat maakt me trots.”

Volgende
Volgende

Sonja Lassche: het kloppend hart van Ontmoetingspark Rigtersbleek